1980 Januari Programma SmoeS

Programma met drs. P, informatie avonden over Amnesty Int, Films All the president’s men, Glass House en Earthquake disco.

[3d-flip-book mode=”fullscreen” id=”1613″][/3d-flip-book]


Drs. P 

Thun, 24 augustus 1919 – Amsterdam, 13 juni 2015), pseudoniem van Heinz Hermann Polzer, was een Nederlandstalig tekstschrijver met de Zwitserse nationaliteit. Zijn artiestennaam, bedacht door Willem Duys, verwijst naar de academische graad van doctorandus (afgekort: drs.) in de economie, die Polzer aan de Nederlandse Economische Hogeschool (nu Erasmus Universiteit Rotterdam) behaalde. Hij was ook dichter, schrijver, cabaretier, letterkundige, componist, pianist en zanger van zelfgeschreven liedjes.

Vanaf de jaren 1950 tot 1996 trad Drs. P met zijn liederen op in theaters, cafés, studentenverenigingen en bij evenementen in Nederland en België. Daarbij begeleidde hij zichzelf steevast op de piano.

Drs. P genoot in de jaren 70 en 80 vooral bekendheid met singles als Dodenrit, Veerpont (“Heen en weer”), Het trapportaal (“De commensaal”), Knolraap en lof, schorseneren en prei en De zusters Karamazov. In Nederland en België (Vlaanderen) was hij een graag geziene gast op radio en televisie.
Polzer werd geboren in Zwitserland als zoon van een Nederlandse moeder en een Oostenrijkse vader. Zijn moeder Lili van Kol was de dochter van de schrijfster en feministe Nellie van Kol. In zijn derde levensjaar, na de echtscheiding van zijn ouders, verhuisde hij met zijn moeder naar Utrecht. Zijn vader begon in Duitsland een drankenzaak en werd daar in de jaren dertig aanhanger van het nationaalsocialisme. Nog voor de Tweede Wereldoorlog verwaterde het contact met zijn vader. Polzer beweerde niet veel onder de echtscheiding van zijn ouders te hebben geleden.

Hoewel hij vrijwel zijn hele leven in Nederland heeft gewoond en ‘tot in de haarvaten’ verweven is met de Nederlandse taal, heeft Polzer zijn Zwitserse nationaliteit aangehouden. Gevraagd naar de reden waarom hij nooit de Nederlandse nationaliteit heeft aangevraagd, antwoordde Polzer dat hij de Zwitserse nationaliteit “leuk” vond en hij geen noodzaak zag van nationaliteit te veranderen. De werkelijkheid was anders; tot tweemaal toe hielden de Zwitsers hem uit handen van de Duitsers, die hem wegens het beledigen van Hitler en Mussolini gevangen hadden gezet in het Oranjehotel. De tweede keer sleepten zij hem, bijna letterlijk, net op tijd weg voor het vuurpeloton. Dit betekende dat hij naar Zwitserland moest uitwijken en daar zijn dienstplicht moest vervullen. Hij werd ingedeeld bij de geneeskundige troepen. Uit dankbaarheid jegens de Zwitserse autoriteiten handhaafde Polzer zijn Zwitserse nationaliteit, wat niet wegneemt dat hij tot een vooraanstaande Nederlandstalige schrijver en componist uitgroeide.

Na de oorlog was Polzer barpianist (voor de Amerikaanse bevrijders in Parijs, periode december 1944 – juli 1945), vertaler en copywriter. Hij noemde deze periode zelf zijn kleine Gouden Eeuw.

Polzer werkte van 1954 – 1960 in Jakarta bij Lintas, het reclamebureau van Unilever, eerst als copywriter. Toen de Nederlanders van Soekarno het land moesten verlaten, kwam zijn Zwitserse nationaliteit hem een tweede keer goed uit. Hij kon blijven en werd gepromoveerd tot chef van het team van copywriters. In Jakarta ontmoette hij ook zijn latere vrouw, die secretaresse was.  Zij trouwden op 24 augustus 1965 (zijn 46ste verjaardag). Zijn echtgenote heeft er steeds naar gestreefd onbekend te blijven.  Het paar leidde na de beëindiging van de actieve loopbaan van Polzer een teruggetrokken leven zonder veel externe contacten.

Van 1964 tot 1996 trad hij op met eigen liedjes, zichzelf begeleidend op de piano. Overigens zou Polzer tot op zeer hoge leeftijd incidenteel blijven voorlezen uit eigen werk, waarbij hij veel uit het hoofd declameerde. Deze voordrachten vonden voornamelijk plaats ter gelegenheid van nieuwe publicaties.